Onno

 

Hilarisch spel ontroert ook

Een van de meest betekenisvolle beelden tijdens de Dogtroep voorstelling Onno is een videofragment waarin de titelheld zijn mobieltje in het toilet laat vallen. Hij likt het af en steek een duim op naar de camera. Even later passeren zo’n twintig figuranten van vlees en bloed de spelplek, likkend aan hun mobiele telefoon. Wat Onno doet is hip en dus doen ze hem na. Onno is een androgyn reclame-ventje. En de commercie, zo laat Dogtroep in dit spektakel zien, schrijft ons de wet voor.
Onno is een scherp commentaar op onze vercommercialiseerde maatschappij waarin schijn de realiteit verdringt. Vooral het laatste half uur is een bonte kettingreactie van kolkende beelden en bizarre scènes.
Voordat de huidkleurige Onno zich losweekt van een MUPI en na een optreden in een commercial van het doek stapt, ontmoeten we op het speelterrein al andere figuren: een werkloze taxichauffeur, een dikke kiosk-eigenaar en het eenzame meisje Anna die na een hartaanval herrijst met een kloon aan haar zij, Mona. Allemaal spelen ze een spel met de realiteit. Ze duiken door het filmscherm om in beelden te figureren en worden door het witte doek weer uitgespuugd.
Deze personages raken verwikkeld met elkaar waardoor een gelaagd spektakel ontstaat rond de vraag ’wie stuurt wie?’. De winkelier slikt de papieren Onno van het affiche in, waarna hij diens reis door de slokdarm volgt met een minuscuul cameraatje.
Hoe het dit kereltje in de ingewanden vergaat, is levensgroot te zien op het filmdoek tussen muren van zeecontainers. Wanneer Onno later een taxi neemt en de wanhopige chauffeur eindelijk klandizie bezorgt, strippen Anna en Mona diens Mercedes.
De integratie tussen het filmische spel en de acties op het voorterrein raakt halverwege de voorstelling in een hilarische stroomversnelling. In het begin wordt veel tijd verdaan met de creatie van een druk kruispunt met passerende figuranten, fluitende musici, lichtgevoelige karretjes en een rondjes rijdende taxi.
Pas als Anna en Mona gespiegeld in een animatiefilm belanden en alles op het terrein in de uitverkoop gaat, komen ontroeringen en spektakel samen. Bijvoorbeeld in het bekende spelletje met ‘ik hou van je, ik hou niet van je’, dit keer met tanden in plaats van bloemblaadjes. Koplampen vliegen over, musici worden gelanceerd een de winkelier braakt schuim

Annette Embrechts